Édith Giovanna Gassion (Parijs, 19 december 1915 — Plascassier, 9 oktober 1963/officieel in Parijs op 11 oktober 1963) was een Franse chansonnière. Als Édith Piaf kreeg ze grote bekendheid. Piaf betekent in het Frans 'mus'. Ze werd ook wel het meisje mus ('La môme Piaf') genoemd. Ze zong chansons, waarvan de bekendste zijn: La vie en rose, Non, je ne regrette rien en Milord (geschreven door Georges Moustaki).
Édith Piaf werd in Parijs geboren als dochter van een kroegzangeres en een acrobaat. Zij werd door haar grootmoeder, die in Normandië een bordeel runde, opgevoed. Haar debuut als zangeres maakte ze rond haar 15e jaar, toen zij voor het eerst optrad als straatzangeres. Toen Piaf 16 jaar oud was kreeg zij een dochter (Marcelle), verwekt door Louis Dupont: een Parijse bode op wie zij verliefd was geworden. Het kind stierf reeds op 2-jarige leeftijd door hersenvliesontsteking.
De eigenaar van het Parijse theater Cirque Médrano ontdekte haar toen zij twintig jaar oud was. In 1936 trad zij voor het eerst op in dat theater.
Zij voelde zich bij het optreden voor publiek extreem nerveus. Het was de nachtclubeigenaar Louis Leplée die haar aanmoedigde om desondanks te blijven zingen. Hij gaf haar haar bijnaam La Môme Piaf (Het Meisje Mus), die ze haar verdere leven zou houden. Leplée werd kort daarna vermoord. Piaf werd vrijgesproken van medeplichtigheid, waarvan zij aanvankelijk werd verdacht.
Piaf raakte bevriend met verschillende beroemdheden, zoals de acteur Maurice Chevalier en de dichter Jacques Borgeat. In 1940 werd het toneelspel Le Bel Indifferent voor haar geschreven door Jean Cocteau.
Tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog schreef Piaf haar meest befaamde lied La vie en rose. Zij was toen zowel bij de Duitse bezetters als onder de Franse bevolking een geliefd zangeres. Na de oorlog trad ze overal in Europa op en breidde haar roem zich ook buiten Frankrijk uit. Haar tragische leven wordt weerspiegeld in haar muziek, met als specialiteit de met hartverscheurende stem voorgedragen scherpe ballade.
De bokser Marcel Cerdan was de grote liefde van Piaf. Cerdan was echter reeds gehuwd en hij had drie kinderen. Piaf was zijn maîtresse. In 1949 overleed Cerdan door een vliegtuigongeluk. Piaf had veel moeite om haar verdriet te boven te komen. Toch huwde zij daarna tweemaal. Van 1952 tot 1956 was zij getrouwd met de zanger Jacques Pills. In 1962 trouwde zij met Theophanis Lamboukas, een 20 jaar jongere zanger en acteur. Het laatste huwelijk leidde tot veel kritiek. Lamboukas werd ervan verdacht Édith getrouwd te hebben om haar roem en geld. Édith eiste publiekelijk haar recht op om hem lief te hebben en zong daarom 'Le droit d'aimer' voor haar geliefde.
Parijs Olympia is de plaats waar Édith Piaf bekendheid bereikte en waar zij slechts een paar maanden vóór haar dood nog een van haar meest gedenkwaardige concerten gaf. Begin 1963 nam ze haar laatste lied, L'homme de Berlin, op.
Overlijden
Piaf stierf aan een inwendige bloeding in Plascassier (gemeente Grasse), een plaatsje in de buurt van Cannes (Zuid-Frankrijk) op 9 oktober 1963. Haar lichaam werd vervolgens per ambulance naar haar huis in Parijs overgebracht waar het voor publiek werd opgebaard. De bekendmaking van haar dood was pas enkele dagen later, namelijk op 11 oktober. Jean Cocteau, haar grote vriend, werd binnen enkele uren na het horen van dit nieuws door een hartaanval getroffen en stierf. Naar verluidt zou hij hebben gezegd : "Ik ben ongeneeslijk ziek, dat is erg; Piaf is dood, dat is erger". Édith werd begraven op de bekende begraafplaats van Père-Lachaise in Parijs. Haar begrafenis trok honderdduizenden mensen naar de straten van Parijs en de ceremonie bij de begraafplaats werd geblokkeerd door meer dan veertigduizend fans. Charles Aznavour, die zijn carrièrestart aan Piaf te danken had - ze ging met hem op reis in Frankrijk en de Verenigde Staten -, herinnerde eraan dat de begrafenis van Piaf het enige moment was na de Tweede Wereldoorlog dat het hele verkeer van Parijs stil lag.
Bron :http://nl.wikipedia.org/wiki/%C3%89dith_Piaf