... "Na lang onderzoek ben ik eindelijk tot de overtuiging gekomen: dat de zon een vaste ster is. Dat ze omgeven is door planeten die om haar heen draaien en waarvan zij het middelpunt en de fakkel is; dat er behalve de hoofdplaneten nog planeten van de tweede orde zijn, die eerst als satellieten rond hun hoofdplaneten draaien en samen met hen rond de zon; dat de aarde een hoofdplaneet is, onderworpen aan een drievoudige beweging; dat alle verschijnselen van de dagelijkse en jaarlijkse beweging, de regelmatige terugkeer der seizoenen, alle wisselvalligheden van het licht en van de temperatuur van de atmosfeer die ermee gepaard gaan, het resultaat zijn van de wenteling van de aarde om haar as en van haar periodieke beweging rond de zon; dat de schijnbare loop der sterren slechts een optische illusie is, die teweeggebracht wordt door de werkelijke beweging van de aarde en door de schommelingen van haar as; dat tenslotte de beweging van de planeten aanleiding geeft tot twee soorten verschijnselen, die men zeer goed moet onderscheiden: de ene soort is het gevolg van de beweging van de aarde, de andere soort van de beweging van deze planeten rond de zon. Op die manier heerst de zon, als op een koningstroon gezeten, over heel de sterrenfamilie die haar omringt. "
Nicolas Copernicus
bron: W. Verrelst, De renaissance. Documentatiemappen geschiedenis en maatschappij. De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen, 1984, blz. 34.